Zoals een everzwijn voedsel vindt

Schrijver: Morris Wright
Datum Van Creatie: 25 April 2021
Updatedatum: 15 Kunnen 2024
Anonim
Stoofschotel van wild zwijn
Video: Stoofschotel van wild zwijn

Inhoud


Zwijnen. (Wild Boar afbeelding door Bill van Fotolia.com)

Op zoek naar voedsel

Beren zijn grote dieren met een gewicht tot 136 pond. Ze kunnen zelfs anderhalve meter lang worden. Mannelijke zwijnen hebben slagtanden. Zowel mannelijke als vrouwelijke zwijnen hebben lange muilkorven. Het zijn sniffers die op jacht zijn naar voedsel. Visie wordt weinig gebruikt in de rol van het zoeken naar voedsel. In plaats daarvan vertrouwen beren op een scherp reukvermogen. Ze kunnen zelfs begraven voedsel ruiken. Zodra ze het voedsel met de geur vinden, kunnen ze hun snuiten gebruiken om te graven naar voedsel. Wilde zwijnen kijken meestal naar voedsel in groepen bij zonsopgang en zonsondergang.

eten

Wilde zwijnen graven om insecten en wortels op te graven om op te eten. Ze eten echt alles, van eieren, paddenstoelen en fruit tot gras, reptielen en vogels. Kortom, als iets beweegt of groeit, zullen ze eten. Bovendien kunnen everzwijnen zelfs dode dieren eten als ze die vinden. Een favoriet gerecht is walnoot en eikels. Dat is waarom ze te zien zijn leven en snuiven in gebieden met eiken.


grondgebied

Everzwijnen leven in groepen en leven het liefst in gebieden met dode bomen en bladeren. Ze houden van grote, vochtige bossen. Een gebied als dit is als een buffet voor everzwijnen, ze bieden al verschillende soorten voedsel. Ze moeten ook dicht bij het water of op zijn minst modderige gebieden zijn, omdat zwijnen niet transpireren. Zwermen in de modder koelt ze af en doodt parasieten, evenals het opgraven van kleine te eten amfibieën. Ze zullen hun hele leven in jouw favoriete gebied blijven, nooit verder dan een paar mijl verder. Echter, als hun voedselbronnen opraken, is het bekend dat beren 50 mijl reizen om voedsel te zoeken. Hoewel de meesten in moerassen leven, kunnen ze ook in bergen en woestijnen leven, dankzij hun vermogen om te snuiven en voedsel te graven. Dit, samen met het vermogen om bijna alles te eten, maakt ze een zeer hardnekkige soort.